Het Kadaster, nieuwe kennispartner van De Nieuwe Winkelstraat.
Sinds 1 januari 2020 is het Kadaster kennispartner van De Nieuwe Winkelstraat. Tijd voor een introductie. Jorge van Vliet (accountmanager DNWS), Sietske van der Linden (beleidsadviseur DNWS) en Sandra Suijkerbuijk (projectmanager Ruimte en Advies bij het Kadaster) gaan in gesprek.
‘Centrumgebieden hebben veel uitdagingen en vele stakeholders hebben hierin een verantwoordelijkheid’, aldus Sietske. ‘Als onafhankelijk kennis- en netwerkplatform DNWS willen we hierbij eerlijk en oprecht ondersteunen en helpen. Dit doen we vooral door partijen met elkaar te verbinden. Dat we daar nu ook het grote netwerk van het Kadaster voor kunnen inschakelen is een prachtige stap vooruit.’
Veel data en kennis
Jorge haakt aan: ‘Bij het Kadaster is zo ontzettend veel data en kennis aanwezig. Deze data helpt bedrijven en gemeenten met complexe vraagstukken welke spelen binnen gebieden en dus ook centrumgebieden. Ook tussen vastgoedpartijen en gemeenten kan het Kadaster goed adviseren en bemiddelen. Zeker in deze tijd is dat van grote waarde. De combinatie van kennis, data, ervaring met het versterken van winkelgebieden en hun onafhankelijkheid, past precies bij ons als platform. Daarom ben ik blij met het Kadaster.’
‘We zijn in veel gemeenten aan de slag om vastgoedeigenaren te betrekken bij het verminderen van de leegstand en het compacter maken van centrumgebieden. ‘Dat het betrekken van vastgoedeigenaren belangrijk is, daar is iedereen het wel over eens.’ – haakt Sandra aan. ‘Het is lastiger om te bedenken op welke manier je de vastgoedeigenaren kan mobiliseren en betrekken bij de opgave van het centrum. Het Kadaster heeft meer dan 100 jaar ervaring in het samenwerken met eigenaren aan maatschappelijke opgaven zoals verbetering van bedrijventerreinen, landbouwstructuur, waterbeheer en recreatie. Deze kennis zetten we graag in om ook centrumgebieden toekomstbestendig te maken.’
Sietske: ‘Het Kadaster denkt breed, werkt vanuit data en zorgt zo voor inzicht, overzicht en samenwerking tussen bijvoorbeeld gemeenten en vastgoedeigenaren .’
Perspectief voor vastgoed
Sandra: ‘Zagen we tot voor kort dat centrumplannen gericht waren op groei, inmiddels wordt in veel gemeenten nagedacht over de inkrimping van het winkelgebied. Dit is nieuw terrein voor zowel gemeenten als vastgoedeigenaren. Het is van belang om nieuw perspectief voor het vastgoed te vinden. Hier raken het algemeen belang van het centrum en het individuele belang van de eigenaar elkaar. Het Kadaster maakt allereerst data inzichtelijk zodat iedereen vanuit een gelijkwaardige uitgangspositie kan meewerken: wat is van wie, hoe groot is het, hoeveel is het waard? Dit leidt tot meer inzicht over wat een partij beweegt en haalt ook de emotie uit het gesprek. Zo kan worden gewerkt aan concrete voorstellen waarmee de uitvoering kan worden gestart of aangejaagd.’
‘Omdat een gemeente vaak ook eigen belangen heeft, begeleiden we als onafhankelijke partij de samenwerking tussen eigenaren’, aldus Sandra. ‘Bij versnipperd eigendom gaat het vaak over een fors aantal eigenaren. Door onafhankelijke begeleiding ontstaat gelijkwaardigheid tussen de samenwerkende partijen. Daardoor krijgen de betrokken partijen meer begrip voor elkaar én uiteindelijk meer vertrouwen in elkaar. Door samen te werken aan een gemeenschappelijk doel ontstaat ruimte voor het transformeren van panden.’
Hoe zien de winkelstraten er in 2030 uit?
Sandra, Sietske en Jorge zijn het erover eens: ‘De fysieke winkel blijft ook in de toekomst belangrijk, maar naast het winkelen zijn centrumgebieden ook échte ontmoetingsplekken geworden. Hierin is naast winkelen ook ruimte voor bijvoorbeeld horeca, kunst, cultuur, werken en maakindustrie. Sfeer, beleving, gastvrijheid en service blijven echter bepalende factoren voor het succes van een centrumgebied, net als een goede organisatie waarin ook vastgoedeigenaren werken aan de toegevoegde waarde van het centrumgebied.’
De flexibiliteit van het vastgoed zal verder toenemen waardoor functies eenvoudiger kunnen wijzigen in het centrumgebied. Hierdoor kan het centrumgebied zich voortdurend aanpassen aan wijzigende vraag en omstandigheden.’